Het is alweer een dikke week geleden, maar wat heb ik een fantastische jaarwisseling gehad! Want wat was het een feestje om te mogen werken. Inclusief vuurwerk, champagne en aftelmoment; wij zaten oudjaarsavond al rond acht uur in het nieuwe jaar.
Het begon begin december met een overleg met collega’s, het onderwerp; hoe kunnen wij ervoor zorgen dat ook de bewoners van onze afdeling in het verpleeghuis kunnen genieten van de jaarwisseling. Met z’n allen wachten tot middernacht zou geen optie zijn; de eerste bewoners willen vaak rond half acht al naar bed, rond half elf liggen de laatsten doorgaans ook te snurken. Daarnaast zou het qua personeel ook geen optie zijn. Zo ontstond het idee om eerder op de avond onze eigen jaarwisseling te creëren. Vuurwerk, champagne en lekkere hapjes werden geregeld, verder leek het ons het beste om op de avond gewoon te improviseren.
In mijn nette kleding ging ik oudjaarsmiddag naar mijn werk, op weg naar het feest. Om eerlijk te zijn was ik zelfs een beetje zenuwachtig; zou het lukken om er een spetterende avond van te maken? Bij binnenkomst op de afdeling merkte ik dat de sfeer gelukkig al goed was. Ook de personele bezetting was voor de verandering goed voor elkaar, wat een fijn begin! Nog voor het avondeten zat ik bij de bewoners aan tafel, plannen maken voor de avond. “Wat zouden jullie vanavond allemaal graag willen doen, op deze laatste dag van het jaar?”, vroeg ik aan ze. Een ding was duidelijk, ze wilden het graag allemaal meevieren.
Na het avondeten, een toepasselijk bord met snert, was het tijd om de huiskamer te verbouwen. Officieel bestaat onze afdeling uit drie huiskamers, voor in totaal vijfentwintig bewoners. Na flink schuiven met stoelen en tafels, was de kring groot genoeg voor iedereen die erbij wilde zijn.
Wat ik trouwens zo ontzettend mooi vond, ook wel typerend voor oud-en-nieuw, was dat sommige bewoners nu echt ‘bij de buren’ op visite gingen en dat zelfs een beetje spannend vonden.
“Waar gaan we dan naartoe?”, vroeg Hetty, nadat ik haar gevraagd had of ze zin had om mee te gaan om in de andere huiskamer oud-en-nieuw te vieren. Ik zag de aarzeling in haar ogen. Toen ik had beloofd dat ik bij haar in de buurt zou blijven en dat ze altijd zo weer terug kon gaan, liep ze enigszins verlegen met me mee.
Het kostte even wat tijd, maar uiteindelijk leek iedereen een plekje te hebben gevonden waar diegene zich prettig bij voelde. Nadat iedereen wat te drinken had, werd het tijd voor een openingswoord: “Lieve mensen”, begon ik, “Wat ontzettend fijn dat we hier allemaal bij elkaar zitten om deze jaarwisseling met elkaar te vieren.”
Wat volgde waren hele mooie gesprekken, over jaarwisselingen van vroeger en de fijne herinneringen die iedereen daaraan had. Aandachtig werd er naar elkaar geluisterd. Ondertussen ging ik met een aantal bewoners naar buiten om samen vuurwerk af te steken. “Wat leuk!”, wijzend naar de sterretjes, “die stak ik vroeger ook met mijn kleinkinderen af!”.
Ook de ‘categorie 1 vuurwerkpotjes’ werden aangestoken, gadegeslagen door de mensen die nog binnen zaten. Zelfs de bewoners die normaal gesproken rond zeven uur ’s avonds al naar bed willen, zag ik genieten (ondanks dat ze zichtbaar vochten tegen de vermoeidheid).
Tegen acht uur deelden collega’s de glazen met champagne uit en zette ik op de televisie een filmpje van een vuurwerk-aftelmoment aan. Met z’n allen telden we af; “Tien, negen, acht, zeven, zes vijf, vier, drie, twee, één, GELUKKIG NIEUWJAAR!”
Met op de televisie prachtig vuurwerk op de achtergrond, proostten we op het nieuwe jaar! Bewoners gaven elkaar spontaan een hand en wensten elkaar de beste wensen, een enkeling kusten elkaar zelfs.
Terwijl mijn collega’s de eerste bewoners naar bed begeleidden, werd het feest voortgezet. Nog meer oliebollen, hapjes en drinken kwamen op tafel, buiten werd vuurwerk afgestoken. De sfeer die ik ervoer was fantastisch; gemoedelijk en warm.
Niet veel later boog Hetty zich naar mij toe; “Berend, ik ben zo moe, ik wil graag naar bed.”
“Dat snap ik wel”, fluisterde ik haar terug, “Zal ik met je meelopen?”
“Heel graag”, zei ze opgelucht. Ik stond op en gaf haar een hand. Samen liepen we terug naar de anderen woning.
Terugkijkend was het een fantastisch feest! Ik vond het ontroerend om te zien dat de bewoners er zo van genoten. Dat ook deze mensen met dementie weer even onderdeel waren van het normale leven. Het bij elkaar op bezoek gaan, het samen vieren van oud-en-nieuw. Zo mooi dat je door goede samenwerking, creativiteit en enthousiasme zo’n fijn welzijnsmoment kunt creëren voor mensen met dementie.